“Ik vind inclusief onderwijs superbelangrijk. Het voornaamste is dat iedere leerling zich kan ontwikkelen op een plek die bij hem of haar past.”
Katelijne Kraaij loopt stage bij het samenwerkingsverband. Na het afronden van haar bachelor Pedagogische Wetenschappen aan de Universiteit van Utrecht stroomde ze door naar de master Orthopedagogiek. In juni hoopt ze deze af te ronden. In dit interview vertelt ze over haar ervaringen als stagiair bij het samenwerkingsverband.
Waarom koos je voor het SWV om je stage te doen?
“Ik woon in Ede, dus ik zocht een stageplek in de buurt. Bij het SWV heb ik de mogelijkheid om veel verschillende taken te doen. Zelf heb ik op het Marnix college gezeten en nu leer ik ook de andere scholen in de omgeving kennen. Dit helpt mij om een goed netwerk op te bouwen in de regio. Ook met het oog op de toekomst.”
Hoe ziet je stage eruit?
“Een dag in de week ben ik te vinden in het kantoor van het SWV. Ik ben me onder supervisie van mijn stagebegeleider, Mirren Adrichem, aan het bekwamen in het schrijven van deskundigenadviezen. Deze worden door haar geëvalueerd. Ook ben ik aanwezig bij de MDO’s en heb ik een rapport gemaakt over een Doorstartevaluatie. Daarnaast ben ik een dag in de week bij Comma, in het Pallas Athene College. Onder begeleiding van Ietje Meijer doe ik observaties in de klas bij de leerlingen zelf. Ook voer ik evaluatiegesprekken en eindgesprekken met leerlingen en ouders en andere betrokken. Plus een aantal coördinerende taken, zoals het plannen van overleggen, organisatorische taken en administratie.”
Waar ligt je grootste uitdaging binnen je stage?
“Die ligt voornamelijk in het behartigen van ieders belangen en daar zo goed mogelijk rekening mee houden. Hierbij staat het belang van het kind natuurlijk centraal. Ik bewonder mijn begeleiders voor de manier waarop ze heel professioneel hun eigen belangen en dat van het kind centraal kunnen zetten. Maar tegelijkertijd ook oog hebben voor de belangen van anderen en dit in goede banen weten te leiden. Maar ook in de gespreksvoering bij Comma. Daar heb ik te maken met leerlingen met internaliserende problematiek. Hier is het dus heel belangrijk om goed op je taalgebruik te letten, en hoe iets overkomt bij de leerling. Het vergt oefening om me dit eigen te maken en dit is iets waarin ik me nog verder wil ontwikkelen om dit beter onder de knie te krijgen. Zodat het meer ingebakken raakt en van nature gaat.”
Wat heeft het meest indruk op je gemaakt?
“Wat veel indruk op me heeft gemaakt is de manier waarop een van mijn stagebegeleiders een uitdagend gesprek met een van de scholen aanging. Soms lopen de emoties hoog op en het is niet altijd gemakkelijk om het gesprek dan in goede banen te leiden. Dat vind ik heel knap. En dit is ook echt iets wat ik meeneem voor later, want zoiets gaat mij in de toekomst vast ook wel gebeuren.”
Katelijne vervolgt: “Ook vond ik het ook bijzonder dat ik de intervisies mocht bijwonen. Iedereen is ontzettend open en er is veel aandacht voor persoonlijk welzijn. Er is ruimte voor persoonlijke verhalen en ik vond het heel fijn dat ik hieraan ook een stukje bij mocht dragen. Als een gelijke werd gezien en mijn eigen mening mocht geven.”
Hoe kijk je aan tegen inclusief onderwijs? En wat voor kansen zie je voor de scholen in deze regio?
“Ik vind inclusief onderwijs superbelangrijk. Het voornaamste is dat iedere leerling zich kan ontwikkelen op een plek die bij hem of haar past. Het liefst op inclusieve scholen zodat zo min mogelijk leerlingen naar het VSO hoeven. Misschien ligt hier voor de scholen nog wel de kans om nog meer onderling met elkaar te communiceren. De scholen samen hebben zoveel kennis en expertise, en door die met elkaar te delen kun je met elkaar nog veel meer bereiken op het gebied van inclusiever onderwijs.”
Hoe ervaar je je stage tot nu toe?
“Ik vind het heel leuk dat ik op twee plekken tegelijk mag stagelopen. Beide rollen zijn ontzettend anders. Enerzijds op kantoor, waar ik meer procesmatig bezig ben. En anderzijds ‘in het veld’ bij Comma. Ik merk dat mensen in beide rollen anders tegen me aankijken. Me anders benaderen. En ik vind het heel leuk om vanuit die verschillende rollen informatie te kunnen delen.”
Wat zou je het SWV en de collega’s nog willen meegeven in de periode dat je nog bij hen bent?
“Vooral om te blijven doen wat ze doen. Ik was heel verrast hoe inclusief het SWV is. Iedereen is superbenaderbaar en behulpzaam. Ik voel me vanaf dag een heel welkom. Ik word als een volwaardig lid van het team beschouwd en word overal in betrokken. Dat vind ik heel bijzonder, want ik heb het ook weleens anders meegemaakt,” glimlacht Katelijne.
Ze vervolgt: “Ook bedrijfsmatig doen ze het heel goed. Bijvoorbeeld in hun contacten met de scholen en hoe ze alle processen blijven evalueren. Het enige wat ik kan bedenken is hoe ze de scholen nog wat meer kunnen meenemen in hun gedachtengoed. Bijvoorbeeld door een training te geven in het invullen van een OPP, wat door scholen soms als lastig wordt ervaren. Ik denk dat hierdoor de onderlinge samenwerking met de scholen beter kan worden. Ook omdat, mocht een leerling overstappen naar een andere school, je met een goed ingevulde OPP gemakkelijker een warme overdracht kunt doen.”
Wat neem je na deze stage met je mee?
“Dat niet alles in een keer lukt. Dat oefenen echt key is om vaardigheden goed onder de knie te krijgen. En daar mag ik mezelf wel wat meer ruimte in geven. Het hoeft niet in een keer perfect te zijn.”
Dank je wel voor het leuke gesprek Katelijne, en heel veel succes en plezier met de afronding van je stage!
Interview: Gabriëlle de Graaf
Ga terug naar het overzicht